Waar in de put?
In hartje Utrecht aan de Vrouwjuttenhof, een terrein aan de zuidkant van de middeleeuwse stad binnen de grachten, dat in de 12e eeuw al ‘stad’ was. Voorafgaand aan de nieuwbouw op deze plek onderzochten we twee locaties: Bleijenburg in het noorden en Overtuinen in het zuiden.
Wanneer?
Van begin maart tot eind mei 2021 hebben we opgegraven.
Voor wie?
Voor ontwikkelaar Vorm die hier de woonbuurt ‘The New U’ bouwt: een kleinschalige, duurzame woonwijk met stadsvilla’s, appartementen en een ondergrondse parkeergarage.
Hoe diep?
Verdeeld over het terrein hebben we 12 putten gegraven tot maximaal 3 meter onder het maaiveld.
Welke sporen?
Op het noordelijke terrein hebben we veel resten van bakstenen funderingen, kelders en beer- en waterputten blootgelegd. Verder ook talrijke afval-, mest-, water- en haardkuilen. Op het zuidelijke terrein troffen we minder bakstenen funderingen aan, maar des te meer kuilen en greppels. Het was hier in de middeleeuwen een drukke bedoening met allerlei activiteiten die op een stadse binnenplaats thuishoren. Bijvoorbeeld afval begraven, mogelijk houtskool branden, zand winnen, vuurtjes stoken, waterkuilen en perceelgreppels graven en tuinmuren aanleggen.
Goed geconserveerd?
Op het noordelijke terrein zijn de resten zeer goed bewaard. De middeleeuwse funderingen zijn deels hergebruikt en in de loop van de nieuwe tijd verder uitgebreid. In de beerputten, afvalkuilen en ophogingslagen bleven keramische en glasvondsten, maar ook zaden en pitten, dierlijk bot en voorwerpen van metaal, hout, leer en been zeer goed geconserveerd. Het zuidelijke terrein is in de moderne tijd verstoord, maar dieper in de bodem zijn veel vondsten bewaard gebleven.
Bijzondere vondsten?
Alleen al de compleetheid van de materiele weerslag van de bewoners is zeer bijzonder. De vele persoonlijke voorwerpen vertellen iets over het dagelijkse leven van de mensen die hier in de middeleeuwen en de nieuwe tijd woonden: over hun beroep of ambacht, sociale status, wat ze aten etc. Bijna elke vondst lijkt een meta-laag aan betekenis te dragen. We hebben nog maar een deel van de vondsten van een van de twintig beerputten onderzocht, maar zelfs in op het eerste gezicht ‘doorsnee voorwerpen’ ligt een verhaal verbogen met een diepere en soms tegenstrijdige betekenis. Een scherf van een luxe 19e-eeuws Villeroy en Boch-bord lijkt te zijn hergebruikt als een soort mes of schraper. Een grote kapot gevallen, ovale schotel die thuishoort op een rijke bankettafel is zuinigjes gerepareerd met ijzerdraad. Alleen al vanwege de functie zeer tot de verbeelding sprekend is de ijzeren kruisboogfibula: mogelijk verloren door een Romeinse officier of hoge ambtenaar op weg naar castellum Trajectum, dat noordelijk van de opgraving lag. Of een uitbundig versierde vuurstolp met een applique van een hoofd met een indianentooi. Dat moet een exotisch onderwerp zijn geweest aan het begin van de 17e eeuw. Er is ook een schattig spaarvarkentje uit de 16e of 17e eeuw, een muntgewichtje met een davidster erop, kleding, knoopjes, gespjes, naalden, spinklosjes, vingerhoedjes, lakenloodjes, zakhorloges, sierpijpjes, munten en penningen, noem maar op. We vonden een keldertje vol met aardbeienpotjes uit Den Haag met een ooievaarsmerk erop. Dat geeft tegelijk inzicht in eetgewoonten, handelscontacten en regels rond inhoud van handelswaar. En dit is nog maar een voorlopige indruk van de duizenden vondsten.
Nieuwe informatie?
Wat we met deze opgraving ook wilden onderzoeken was de ligging en ouderdom van voormalige rivierlopen. Het was bekend dat een oude rivierarm van de Rijn hier vanuit het zuidoosten naar het westen afbuigt. Verassend genoeg troffen we twee geulen aan. De zuidelijke is waarschijnlijk een kronkelwaardgeul, en de noordelijke een restgeul van diezelfde rivierloop, voordat deze stroomopwaarts werd afgesneden. Verder onderzoek naar de monsters uit deze geulen moet uitwijzen of ze pre-Romeins of deels middeleeuws waren.
Hoe verder?
De uitwerking van deze fascinerende vindplaats is gestart. Onze specialisten onderzoeken de vondsten en monsters nu om het verhaal van de bewoningsgeschiedenis van deze plek zo volledig mogelijk te kunnen vertellen.
Projectleider Mina Jordanov
T 071-5768118 | E m.jordanov@raap.nl
Mina’s opgravingsverslagen zijn terug te lezen op: https://www.raap.nl/2021/03/11/opgraving-aan-de-vrouwjuttenhof-in-utrecht/