Replica
Zo’n 15 vrijwilligers hebben in de afgelopen jaren de boerderij uit 1320 op het terrein van het museum nagebouwd. De replica van hout, leem en stro ziet er fraai uit en is gemaakt met hulp van specialistische kennis van bouwtechnieken. De plaats en de vorm van de boerderij zijn bepaald door de plek van de vroegere palen. De opgegraven paalsporen waren van een vrij kleine boerderij met een kern van circa 11,2 x 6,7 meter. De uiteindelijke boerderij zal zo’n 18 x 10 meter zijn geweest. De nieuwe staanders zijn exact geplaatst in de kuilen waar ze meer dan 700 jaar geleden door de toenmalige bewoners in de grond zijn gezet.
Boerderij en erf
De boerderij was de eerste ontginningshoeve op de schrale zandgrond van het kleine Melders Veld. Dat het om een eenvoudig erf gaat bleek ook uit de opgraving. Er zijn geen kostbare vondsten opgegraven. Wel het gebruikelijke inheemse aardewerk, kogelpotten en steengoedkannen uit de late middeleeuwen. Bij de boerderij vonden de archeologen resten van een waterput en moge¬lijk een klein bijgebouw. De waterput bestond uit een kuil van circa 4 meter doorsnee en was 1,5 meter diep. Op de bodem lag een houten raamwerk van 6 hoekpalen met smalle plankjes, evenals tientallen scherven en een deel van een voorraadpot.
Hergebruikt hout
Een fraaie vondst is een houten voer- of drinkbak. Deze was gespleten, waarna beide helften als hoekpalen van de houten constructie zijn gebruikt. In de loop van de 14e eeuw en daarna zijn de perceelgreppels diverse malen verlegd en is het gebied herhaaldelijk heringericht. Waarschijnlijk gebeurde dat om het akkerareaal uit te breiden. Op de plek is in elk geval haver, rogge en vlas geteeld. Vooral de vlasteelt was aan het eind van de middeleeuwen van betekenis voor de regio. In die tijd was in het naburige Horst zelfs een gilde van de linnenweverij (St. Severusgilde).