#VONDST
Het pollen van korenbloem van Oda
#VONDST
Het pollen van korenbloem van Oda
Wat is het?
Het is een stuifmeelkorrel uit de Romeinse tijd van korenbloem of in het Latijn Centaurea cyanus. Het stuifmeel is niet goed geconserveerd, maar pollenkorrels van deze plantensoort zijn zo kenmerkend dat ze ook in deze toestand nog goed te identificeren zijn. Korenbloem was tot ongeveer 1950 een veelvoorkomend akkeronkruid dat tussen rogge groeide. Het stuifmeel van korenbloem zit dan ook vaak samen met stuifmeel van rogge in pollenmonsters uit de middeleeuwen en nieuwe tijd.
Waar en wanneer is het gevonden?
De monsters waar het stuifmeel inzit komen uit een akkerlaag en een kuil van twee opgravingen in de buurt van belangrijke Romeinse plaatsen in Zuid-Holland: Voorburg bij het Forum Hadriani en Voorschoten in de buurt van het Kanaal van Corbulo. Mijn collega Roosje leidde de opgravingen in 2022 en heeft de monsters genomen. Tijdens het tellen achter de microscoop heb ik meer dan 1% korenbloemstuifmeel in de monsters gevonden.
Wat ging er door je heen toen je het voor het eerst zag?
Hé, een kapotte korrel korenbloem. En nog eentje. Wacht, die mogen er nog niet zijn in de Romeinse tijd. Dit klopt niet! Maar het is toch echt korenbloem. Vervuiling dan? Dat bleek ook uit te sluiten, de monsters kwamen uit onverstoorde contexten die met aardewerk heel precies zijn gedateerd in de midden-Romeinse tijd, circa 150-225 na Chr. Toen ben ik uitgebreid literatuuronderzoek gaan doen naar korenbloemen in de Romeinse tijd want deze pollenpuzzel wilde ik natuurlijk oplossen.
Hoe zeldzaam is de vondst?
Korenbloem is op zich niet zeldzaam, Romeinse korenbloem wel! Archeo-botanici gaan er namelijk vanuit dat korenbloemen pas vanaf de vroege middeleeuwen, rond circa 700, sporadisch in Nederland groeien. De oudste vondsten van enkele losse zaadjes van korenbloem komen uit de late Romeinse tijd en worden in verband gebracht met import van ladingen graan uit andere landen. Stuifmeel wordt eigenlijk pas in monsters uit de middeleeuwen gevonden. De meer dan 1% stuifmeel uit de monsters van Voorburg en Voorschoten klinkt als weinig maar is echt heel veel. En het is dus de oudste vondst van korenbloem in die hoeveelheden in Nederland. We weten nog steeds niet precies hoe het stuifmeel van korenbloem met veel graan in die akkerlaag en kuil terecht is gekomen. Werd het lokaal verbouwd of geïmporteerd? Maar waar vandaan? Het kan zelfs zijn dat het stuifmeel niet van graan, maar van stro kwam wat aan vee werd gevoerd. De mest kan dan zijn gebruikt om de akkers te verbeteren. Deze zeldzame vondst heeft dus meer vragen opgeleverd dan antwoorden. Ik moet nog even door puzzelen…
Wat maakt deze vondst voor jou bijzonder?
Dat zoiets kleins als stuifmeel, wat je met het blote oog niet eens kan zien, zo’n groot en ingewikkeld verhaal over landbouw en handel vertelt.